Uitgangspunten
Op 4 juli jl. zijn de kaders voor de begroting 2024 in uw gemeenteraad vastgesteld. Deze kaders zijn als uitgangspunt gehanteerd bij het opstellen van de begroting 2024-2027. Daarnaast vormen de structurele gevolgen van de 2e tussentijdse rapportage 2023, met daarin onder andere de gevolgen van de meicirculaire 2023, een belangrijk onderdeel van deze begroting. Ook is, zoals hieronder toegelicht, nog een aantal andere ontwikkelingen in de begroting verwerkt.
Cijfermatige mutaties ten opzichte van de begroting 2023
Ten opzichte van de in de begroting 2023 gepresenteerde meerjarensaldi zijn er diverse aanpassingen die leiden tot de nieuwe meerjarige begrotingssaldi. In onderstaande tabel staan de betreffende aanpassingen opgenomen. Onder de tabel worden de aanpassingen kort toegelicht.
Bedrag x € 1.000 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | ||
---|---|---|---|---|---|---|
Structureel saldo meerjarenbegroting 2023 | 2.293 | 4.155 | -4.767 | -4.767 | ||
Amendementen | -10 | -10 | -10 | -10 | ||
Correcties incidentele lasten en baten | -195 | 50 | 431 | 431 | ||
Saldo meerjarenbegroting 2023 - na wijz. (a) | 2.088 | 4.195 | -4.346 | -4.346 | ||
Mutaties o.b.v.: | ||||||
1e tussentijdse rapportage 2023 | -2.159 | -2.919 | -494 | -494 | ||
Kadernota 2024 | -2.366 | -4.707 | -4.960 | -5.582 | ||
2e tussentijdse rapportage 2023 | 6.395 | 5.521 | 2.919 | 2.354 | ||
-waarvan al meegenomen in kadernota 2024 | -4.800 | -4.800 | -4.800 | -4.800 | ||
Totaal van mutaties (b) | -2.930 | -6.905 | -7.335 | -8.522 | ||
Collegeprogramma | ||||||
Totaal | -605 | -352 | -52 | -52 | ||
-meegenomen in kadernota 2024 | 350 | 352 | 52 | 52 | ||
Totaal collegeprogramma ( c) | -255 | - | - | - | ||
Ontwikkelingen | ||||||
-Inflatiecorrectie | 159 | -32 | -47 | -47 | ||
-Personele lasten | 935 | 1.110 | 1.054 | 1.130 | ||
-Bijdrage GR'en | -317 | -365 | -434 | -434 | ||
-Kapitaallasten | 617 | 385 | -621 | -1.055 | ||
-Financieringslasten | 427 | 891 | 774 | 823 | ||
-Mutaties reserves/voorzieningen | -211 | -80 | -461 | -187 | ||
-Opbrengst belastingen/leges | 1.544 | 695 | 748 | 1.253 | ||
-Stelpost jeugd | - | - | - | 730 | ||
-Jeugdmiddelen | - | 1.200 | 1.200 | 1.200 | ||
-Overige mutaties | -1.827 | -1.311 | -919 | -2.623 | ||
Totaal van ontwikkelingen (d) | 1.327 | 2.493 | 1.294 | 790 | ||
Mutatie t.o.v. begroting 2023 (b+c+d=e) | -1.858 | -4.412 | -6.041 | -7.732 | ||
Saldo begroting 2024 (a+e) | 230 | -217 | -10.387 | -12.078 | ||
-/- is nadeel/lasten | ||||||
1e Tussentijdse rapportage 2023
Deze rapportage is op 4 juli jl. door uw gemeenteraad vastgesteld. De structurele gevolgen die hieruit voorvloeien zijn meegenomen in de begroting 2024.
Kadernota 2024
De in de kadernota 2023 opgenomen kaders, uitgangspunten en aanvragen zijn verwerkt in deze begroting. In model 5 – Nieuw beleid is een overzicht opgenomen van de financiële gevolgen van de nieuwe aanvragen uit de kadernota 2024.
2e Tussentijdse rapportage 2023
De structurele gevolgen van de 2e tussentijdse rapportage 2023 zijn verwerkt in de cijfers van de voorliggende begroting. In deze rapportage zijn onder andere de structurele gevolgen van de meicirculaire 2023 meegenomen. In de kadernota 2024 was al rekening gehouden met een positief effect vanuit de meicirculaire van € 4,8 miljoen. Daarom wordt deze hier nu ook als correctieregel gepresenteerd. Door middel van een raadsinformatiebrief (RIB) van 15 juni jl. bent u geïnformeerd over de financiële effecten van de meicirculaire 2023.
Collegeprogramma
De financiële vertaling van de inspanningen uit het collegeprogramma is verwerkt in deze begroting. Per programma is een toelichting opgenomen van de inspanningen en daaraan gekoppelde middelen.
Ontwikkelingen
Er is sprake van een aantal ontwikkelingen in zowel de lasten als de baten die vanaf 2024 in de begroting zijn verwerkt. De gepresenteerde bedragen betreft de afwijkingen ten opzichte van de in de kadernota 2024 reeds meegenomen bedragen. Het gaat onder andere om de volgende mutaties.
- Inflatiecorrectie
Op basis van de meicirculaire 2023 is voor 2024 rekening gehouden met een inflatiecorrectie van 3%. Vooruitlopend op de circulaire was in de kadernota 2024 al gerekend met een bedrag voor inflatiecorrectie van € 2,2 miljoen. - Personele lasten
Vooruitlopend op de uitkomsten van de cao-onderhandelingen voor 2024 is vooralsnog rekening gehouden met een structurele loonstijging voor 2024 van 4%. Daarnaast werd in de kadernota ook gerekend met een stijging van de pensioenpremies met 3%. Inmiddels is gebleken dat de pensioenpremie voor 2024, naar verwachting, niet zal stijgen. Dit is de belangrijkste verklaring voor het hier nu gepresenteerde voordeel op de personele lasten ten opzichte van de kadernota 2024. Onder dit kopje zijn ook de aanvragen in verband met aanvullende personele capaciteit, zoals verwerkt in deze begroting meegenomen. - Indexering bijdrage gemeenschappelijke regelingen
Op basis van de concept-begrotingen 2024 van gemeenschappelijke regelingen was in de kadernota 2024 rekening gehouden met een toename van de bijdrage met € 822.000 voor de jaarschijf 2024. Naderhand zijn er nog bijstellingen gekomen op de concept-begrotingen voor ODMH en Promen. Hierdoor stijgt de geraamde bijdrage ten opzichte van de kadernota. De bijdragen aan de gemeenschappelijke regelingen zijn verwerkt conform de door uw raad behandelde begrotingen van de betreffende partijen. - Kapitaallasten
De kapitaallasten (rente en afschrijvingen) zijn bijgesteld naar aanleiding van aanpassing van de staat van investeringen op basis van onder andere de jaarrekening 2022 en de kadernota 2024. Het betreft zowel voor- als nadelige mutaties. Onderdeel hiervan zijn ook de mutaties op de kapitaallasten binnen de gesloten complexen van afval en riolering. Deze worden verrekend met de tarieven en zijn daardoor niet van invloed op het saldo van de begroting. De toename van kapitaallasten in de jaarschijven 2026 en 2027 is enerzijds het gevolg van het aanpassen van de jaarschijven waarin geplande investeringen gereed zijn en anderzijds van het actualiseren van de benodigde investeringsbedragen. Dit betreft onder andere de zogenaamde grote projecten die op 7 december 2022 aan u zijn gepresenteerd. - Financieringslasten
Om het door de raad vastgestelde en nog vast te stellen beleid te kunnen uitvoeren moeten financieringsmiddelen worden aangetrokken. Hierdoor neemt de schuldpositie van de gemeente, en daarmee ook de rentelasten, in de komende jaren toe. In deze begroting is hierop geanticipeerd. Wel is het zo dat dat de financieringslasten in deze begroting minder fors stijgen dan in de kadernota 2024 was voorzien. Dit komt doordat er bij het opstellen van de begroting meer inzicht is in de momenten waarop geplande investeringen daadwerkelijk tot uitgaven leiden en wanneer er financieringsmiddelen moeten worden aangetrokken. Voor meer inzicht hierin verwijzen wij u naar de paragraaf Financiering. - Mutaties reserves en voorzieningen
Door hogere onttrekkingen aan en/of lagere stortingen in reserves en voorzieningen is in deze meerjarenbegroting sprake van een voordeel. Tegenover de reservemutaties staan lasten en baten die zijn meegenomen in één van de andere hier gepresenteerde onderdelen, waardoor het effect op de begroting budgettair neutraal is. - Opbrengst belastingen/leges
In verband met de uitvoering van enkele grote projecten wordt met name in 2024 rekening gehouden met extra incidentele opbrengsten omgevingsvergunningen. Hier tegenover staan ook extra incidentele lasten om de werkzaamheden uit te kunnen voeren. De lasten zijn meegenomen onder de overige mutaties. Meerjarig is vooralsnog rekening gehouden met min of meer gelijkblijvende opbrengsten.
Als gevolg van de gehanteerde indexering en areaaluitbreiding stijgt de opbrengst OZB vanaf 2024 met bijna € 800.000. Ook de opbrengst afvalstoffenheffing neemt toe als van toegenomen lasten voor de verwerking en inzameling van afval. Daarnaast is nog sprake van een aantal mutaties in de opbrengst van overige belastingen en leges. In de kadernota 2024 was al gerekend met een aanvullende opbrengst van € 800.000. - Stelpost jeugd
Rijk en VNG werken al enige tijd aan de Hervormingsagenda jeugdzorg. Onderhandelingen hierover zijn afgerond. Vooruitlopend op de uitkomsten van deze onderhandelingen zijn in de meicirculaire voor de jaren 2022, 2023, 2024 en 2025 aanvullende, incidentele middelen toegevoegd aan het gemeentefonds, in lijn met de financiële reeks van de uitspraak van de Commissie van Wijzen (CvW). De provinciaal toezichthouder gaf vorig jaar toestemming om voor de jaren tot en met 2026 een stelpost op te nemen voor de ' nog te ontvangen rijksbijdrage jeugdzorg' van 100% van het gemeentelijk aandeel. De cijfers tot en met 2026 zijn als mutatie op de meicirculaire verwerkt via de 2e tussentijdse rapportage 2023. Inmiddels is er ook toestemming om ook voor 2027 een stelpost op te nemen. - Jeugdmiddelen
Naast de besparingsopgave die volgt uit de uitspraak van de Commissie van Wijzen heeft het kabinet eerder besloten tot het realiseren van een aanvullende structurele besparing van ca.
€ 500 miljoen vanaf 2025. Deze besparing is een Rijksverantwoordelijkheid gemaakt. Concreet betekent dit dat het aan de Rijksoverheid is om de besparing in te vullen met (wettelijke) maatregelen. Het gaat daarbij om maatregelen die ertoe leiden dat gemeenten minder middelen nodig hebben en/of alternatieve inkomsten kunnen genereren. Ook draagt het Rijk het budgettaire risico ingeval (een deel van) deze maatregelen geen of niet tijdig doorgang vinden. Vooruitlopend op de invulling van deze maatregelen mogen gemeenten in hun begroting een stelpost opnemen ter compensatie van de lagere algemene uitkering. Voor Krimpenerwaard betreft dit een bedrag van ca. € 1,2 miljoen. - Overige mutaties
Dit betreft meerdere incidentele en structurele aanpassingen en aanvragen. Voor een toelichting hierop verwijzen wij naar model 5 – Nieuw beleid
Opbouw begroting
De opbouw van de begroting is voorgeschreven en is dan ook in lijn met voorgaande jaren. Het eerste onderdeel is de beleidsbegroting. Hierin zijn de programma’s, BBV indicatoren en paragrafen opgenomen.
Programma’s
Alle programma’s kennen een uniforme opzet. Er wordt gestart met een inleidende tekst met daarin een korte toelichting op de inhoud van het betreffende programma en een toelichting op de belangrijkste landelijke, regionale en lokale ontwikkelingen die we voor dit programma zien voor de komende periode. Vervolgens zijn de onderdelen uit het collegeprogramma per programma opgenomen. Dit is de vertaling van de ambities uit het door uw raad vastgestelde coalitieakkoord. De ambities uit het collegeprogramma zijn uitgewerkt naar doelen, indicatoren, inspanningen en exploitatielasten. In het programma is aangegeven of sprake is van incidentele dan wel structurele kosten voor de jaarschijf 2024. De structurele kosten zijn ook verwerkt in de cijfers van de jaarschijven 2025-2027 die in de begroting zijn opgenomen. Deze systematiek betekent dat investeringsbedragen voor 2024 en hieruit voortvloeiende kapitaallasten niet expliciet in het betreffende programma staan opgenomen. De kapitaallasten maken onderdeel uit van de komende jaarschijven in het financieel overzicht per programma. De investeringen zijn opgenomen in het meerjarig investeringsprogramma (model 6).
Het totale werkpakket van de gemeente kan worden opgedeeld in nieuwe speerpunten uit het collegeprogramma en overige, zogenaamde going concern, taken. In het financiële overzicht dat per programma wordt gepresenteerd zijn de volledige lasten en baten per programma opgenomen. Inhoudelijk gaan wij in de programma’s alleen expliciet in op de onderdelen uit het collegeprogramma voor komend jaar. Hierover rapporteren wij gedurende 2024, door middel van de geëigende planning & control documenten, aan u. Voor de overige onderdelen geldt dat wij alleen in financiële zin verantwoording afleggen.
Indicatoren
In de programma’s zijn indicatoren opgenomen die behoren bij onze ambities en doelstellingen. Op deze indicatoren sturen wij door middel van beleid actief. Daarnaast zijn gemeenten op grond van het BBV verplicht een basisset met overige indicatoren te presenteren. Een overzicht hiervan is opgenomen na de programma’s.
Paragrafen
Sinds de jaarrekening 2022 is de Openbaarheidsparagraaf verplicht. Hiermee zijn er nu 8 verplichte paragrafen. Daarnaast staat het de gemeente vrij om naar eigen inzicht paragrafen toe te voegen teneinde een bepaald onderdeel van de begroting nader toe te lichten. Wij hebben de keuze gemaakt om in deze begroting twee aanvullende paragrafen op te nemen. De eerste is Opvang vluchtelingen. De opvang van asielzoekers en specifiek de opvang van vluchtelingen wegens de oorlog in Oekraïne staat onder grote druk. Het ligt niet in de lijn de verwachting dat er op korte termijn een landelijke oplossing gevonden zal worden voor deze problematiek, dus zal er ook in 2024 (en verder) een inspanning vereist zijn van ons als gemeente. Dit trekt een wissel op de beschikbare capaciteit en middelen, over de programma’s in de begroting heen. De tweede aanvullende paragraaf betreft Claim op het Rijk. Hierin geven we een overzicht van de diverse dossiers waarmee gemeenten de afgelopen jaren geconfronteerd zijn waarbij de taken niet matchen met de door het Rijk beschikbaar gestelde middelen. Door het opnemen van een aparte paragraaf zijn de gevolgen van het betreffende onderwerp op één plek in de begroting inzichtelijk gemaakt in plaats van binnen alle programma’s.
Het tweede deel van de begroting is de financiële begroting en meerjarenraming met een aantal verplichte financiële modellen en bijlagen.